Ter zitting wordt u door de voorzitter van de rechtbank of het gerechtshof beëdigd. U belooft daarmee dat u naar waarheid en uw geweten zult verklaren. De vragen kunnen door alle procespartijen aan u gesteld worden. Wanneer u een vraag niet kunt beantwoorden - bijvoorbeeld omdat deze buiten uw deskundigheid valt - is het belangrijk om dat aan te geven. Dat geldt ook als u meer tijd nodig heeft voor een juiste beantwoording.
De Gedragscode van het NRGD geeft u ook een goed beeld van uw rol bij het optreden ter zitting Het is dan ook raadzaam deze voorafgaand aan de zitting door te nemen.