U bent gevraagd om als deskundige op te treden in een strafzaak. Bent u de juiste deskundige, mag u de opdracht weigeren, wat wordt er van u verwacht en aan welke regels moet u zich houden? In dit deel van de E-learningmodule worden deze vragen beantwoord.
Bent u de juiste deskundige om de onderzoeksopdracht uit te voeren?
Deze vraag wordt in principe beantwoord door de rechter-/raadsheer-commissaris of de zittingsrechter die u als deskundige wil benoemen. Aan de hand van uw curriculum vitae en eventueel de door u ingevulde Benoemingsvragenlijst, kan een inschatting gemaakt worden van uw deskundigheid en geschiktheid voor het vervullen van de onderzoeksopdracht. Wanneer u zichzelf echter op voorhand niet geschikt acht of wanneer u geen mogelijkheid ziet om de onderzoeksopdracht binnen de gestelde termijn te vervullen, informeert u tijdig de opdrachtgever zodat die dan eventueel een andere deskundige kan zoeken.
Benoeming
Wanneer u zelf van mening bent dat u over voldoende specifieke kennis en ervaring beschikt om de onderzoeksopdracht uit te voeren, en ook de rechter-/raadsheer-commissaris of de zittingsrechter overtuigd is van uw deskundigheid en geschiktheid, wordt u officieel benoemd tot deskundige.
Als u wordt aangesteld door de verdachte (verdediging) wordt u (nog) niet formeel benoemd als deskundige, maar ontvangt u uw onderzoeksopdracht rechtstreeks van de verdachte (verdediging).
