Deskundigen in een strafzaak kunnen van een aantal partijen een onderzoeksopdracht ontvangen. Er wordt daarbij een onderscheid gemaakt tussen deskundigen die zijn opgenomen in het Nederlands Register Gerechtelijk Deskundigen (NRGD) en deskundigen die daar niet in staan. Deskundigen uit het register kunnen rechtstreeks door de officier van justitie worden benoemd omdat hun deskundigheid al objectief getoetst en erkend is.
Deskundigen die, zoals u, niet in het NRGD zijn opgenomen, kunnen alleen worden benoemd door een rechter-commissaris (onderzoeksrechter, RC) of een raadsheer-commissaris (onderzoeksrechter in hoger beroep, RHC), of door de rechter die de zaak ter terechtzitting behandelt. Die benoeming vindt plaats op initiatief van de rechter zelf of op verzoek van de officier van justitie of de verdachte (via diens advocaat).
Voorafgaand aan de benoeming van u als deskundige die niet in het NRGD is opgenomen, moet uw deskundigheid geverifieerd worden. Doorgaans zal daarvoor uw curriculum vitae met een overzicht van uw opleiding(en) en werkervaring worden opgevraagd. De opdrachtgever kan u ook vragen een Benoemingsvragenlijst in te vullen. Als aanvulling op uw curriculum vitae kunt u deze ook op eigen initiatief verstrekken aan uw opdrachtgever.